zondag 7 maart 2010

Top(per)dagje!

Bij het bekijken van de Vogelwerkgroepwaarnemingensite blijkt dat er vanochtend in de Oosterhoutse Waard bij Nijmegen een vijftal Toppers zijn gevonden door Maurice Rikkert. Een alleraardigste vondst om meerdere redenen. Groepjes worden niet zo vaak waargenomen, de vogels zitten in Gelderland (voor de provinciale jaarlijst), en bij het bekijken van mijn eerdere Topperwaarnemingen in Gelderland werd ik teruggeworpen naar het jaar 1987. Op 12 december dat jaar zag ik een vrouwtje in de uiterwaard bij Ochten. Drie-en-twintig jaar geleden! Dat is wel een update waard dacht ik zo bij mezelf.

Echt haast heb ik vanochtend niet, een toertocht van gisteren zit nog enigzins in m'n lijf. Als de Toppers weer worden gemeld, dit keer liefst acht, hijs ik me in het zadel om onder een stralend koublauwe hemel richting het station te fietsen, waar in de buurt de fietsbrug over de Waal ligt. Op de brug kijk ik rechts naar de Waalbrug en de stad, juist het leukere uitzicht links wordt belemmerd door een wand tegen de wind. Aan de overzijde ga ik met een fiets die, door de volle tassen, sneller dan ik wil de fietstrap omlaag en over het stuur hangend peddel ik over de dijk rustig naar het westen.

Links in de uiterwaard hoor ik Brandganzen 'blaffen', witte stipjes schuifelen tussen de grauwere Kolganssilhouetten door. De uiterwaard ligt er schitterend bij, stukken waard met hier en daar plassen. Na de Waaiensteinkolk is het een en al plas. Peter Hoppenbrouwers en Jaap Brinkman, laatste met telescoop en statief uitgedraaid op de schouder zoals het hoort, fietsen me tegekomt en melden dat 'ze' er nog zitten. We maken even een praatje waarna ik op z'n 'zondags' verder ga. Tussen de Waaiensteinkolk en de Verburgtskolk is het een groot festival met Smienten, Pijlstaarten, Wintertalingen, Brilduikers, Wilde eenden en vele andere soorten. Gelijk na de Verburgtskolk valt m'n oog al op een compact groepje duikeenden. Plakje cake! Voor me liggen drie mannetjes Topper te soezen, de vijf anderen zijn druk aan het duiken. Het licht is helaas niet zo denderend, de zon staat recht voor me, het wordt dan ook een overzichtplaatje. Ik installeer me op de dijk en neem lange tijd in me op wat er allemaal te zien is en wat er gebeurd. Een vrouwtje Nonnetje zwemt in de verte. De aanblik van rustig wandelende mensen in de uiterwaard ziet er uitnodigend uit, waarna ik over een pad ook de uiterwaard insteek.

Op een ondergelopen weiland rechts van me zitten zo'n hondervijftig Grutto's, met enkele erg bontrode: IJslandse grutto's. Scholeksters roepen het voorjaar aan, Kok-Storm- en Kleine mantelmeeuwen onttrekken zowat de aanblik op een Grote mantelmeeuw. Nog een vrouwtje Nonnetje zwemt heimelijk rond. Tussen de Waal en de plassen doorlopend bekijk ik alles wat er voorbij komt. Een groep kwikstaarten verderop trekt m'n aandacht, met de telscoop bekijk ik ze een voor een. Een exemplaar met grijze flanken, opvallende witte vleugelstrepen, een donker grijze mantel mag ik door de eveneens aanwezig zwarte stuit noteren als een vrouwte Rouwkwikstaart, erg leuk! Een onvolwassen Pontische meeuw staat aan iets onbestemds te trekken. Aan de westzijde sjouw ik de dijk weer op en fiets terug naar het oosten. Een aantal zeer fraaie Roeken zitten vlak langs de weg, de krop uitpuilend van verzameld voedsel.

Een frisse wind waait uit het noordoosten, nu de terugweg hier recht tegenin gaat valt de temperatuur lager uit dan gehoopt, zeker met zo'n mooie lucht. Snel werp ik nog een blik op de Toppers, waarna de tocht langzaam naar de fietsbrug terug gaat. Een adult Pontische meeuw staat bij de Waaiensteinkolk te peuren, vier Brilduikers zwemmen van me af. Na eerst met de voorbijkomende Marian Crombach te hebben gekletst, kan ik daarna ook aan Erik van Dijk melden dat 'ze er nog zitten'. Tijdens ons praatje zweeft een Ooievaar richting de Ooijpolder, een Holenduif surft met een boog voorbij. Grutto's, Wulpen en diverse soorten eenden hangen rond in de ondergelopen uiterwaard. Via de fietsbrug kom ik later weer thuis, waar een mok warme koffie er goed in gaat.

De koffie heeft z'n effect, ik ben weer wat warmer. kan ook door de kachel komen waar ik naast zit. Hoedanook: eigenlijk ben ik nog niet klaar met buiten spelen. Als ik lees dat de eerste Zomertalingen weer bij de Oude Waal zitten is een rondje maken in dit gebied dan ook snel bedacht. De laatste dagen maak ik gewoontetrouw een omweggetje langs de Europese kanaries van de Archipelstraat. Op het bouwterrein zelf tref ik niets aan, waarna ik over de Heijendaalseweg richting kruispunt fiets. Voor het stoplicht wachtend zie ik al een puntje in een berk aan de andere kant van de Groesbeekseweg hangen. Is het een Sijs? Is het een barmsijs? Nee, het is een Eurokanarie! Wederom met verbazing kijk ik naar de kanarie die, net als gisteren, rustig in een berk precies op de hoek van een druk kruispunt de berkenzaadjes zit te ontleden. Machtig mooi! Ik probeer wat foto's te maken, het licht is echter vrij fel. en juist een mooie hoek zou vanaf het wegdek op het kruispunt zijn. Dat doen we dus maar niet. Door de zoeker van de camera zie ik losgepeuterde stukjes naar beneden dwarrelen, het geluid van het verkeer om me heen verstomd. Fietsers ontwijken me als ik toch telkens een stapje verder naar achter zet. Passerende wandelaars lijken zich geen houding te kunnen geven bij zo'n omhoogstarende malloot half op straat: wie fotografeert er híer nu een boom? Wat een ontmoeting zeg!

Met een grote glimlach (hard juichen leek me wat té) fiets ik de Heijendaalseweg af en langs tussendoorweggetjes kom ik weer bij het HD-gemaal in de Ooijpolder aan, waarna ik verderop de Vlietberg in sla. Dit keer geen Roodborsttapuiten, wel weer twee Grote gele kwikstaarten op het aanspoelsel langs de dijk. Zingende Graspiepers hangen boven de uiterwaard en de Ooievaar zit nog steeds in het verdomhoekje. Bij de Vlietberg pak ik de telescoop uit op een van m'n favoriete plekjes, een dijkje vanaf waar je een mooi overzicht hebt over het gebied langs de Zwarteweg en waar de zon ook in de rug staat. Een groep Kol-, Grauwe en Brandganzen foerageert vlak voor m'n neus, Wulpen en Kieviten staan verderop en al snel heb ik mijn eerste Tureluur voor dit jaar gevonden. Het zijn er zelfs vijf. Een aantal Bergeenden, Witte kwikstaarten, Graspiepers, Wintertalingen, Pijlstaarten, Zanglijsters en Krakeenden later scheren de blauwe vleugelvelden van het mannetje Zomertaling door de kijker. Vier schitterende mannetjes en een vrouwtje geven mijn toch al goede humeur de volgende duw. Een tweetal Watersnippen imiteren een bruin bolletje gras, maar kunnen de adem niet inhouden. Na het gekunsteld passeren van een stuk onder water staand Zwarteweg rij ik over de Waalbandijk terug naar huis. Wat een feest vandaag!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten