donderdag 24 januari 2008

Altijd fijn!

tevreden mensen....!Leuk dat meer mensen vandaag de Roodhalsgans van De Plak in de Ooijpolder nog hebben gezien. Gelukkig heb ik net voor het donker de gans terug kunnen vangen en met dank aan de Cuijkse mensen hebben we de vogel weer losgelaten bij z'n zeven witte maatjes in de Cuijkse Steeg. Waarom denken jullie anders dat zo'n mooi ongeringd beest zo tam was?hahahahaha
Na enkele stadse verplichtingen ter hoogte van de Oude Waal toch maar in m'n regenbroek gekropen: het begon toch wel wat te soppen. Schuilend achter een pol gras (effect: nihil) een vegetatieopname van de achterrand van de Oude Waal gemaakt, maar helaas: geen Krooneend. Wel veel Pijlstaarten met hun typische geluid en druk baltsende Wintertalingen. Daarnaast een club Slobeenden, Tafeleenden en Smienten en een adult Pontische Meeuw dobberend op het water. Twee Waterpiepers klooien langs de dijk. In de oostcorner van de Oude Waal de Kleine Rietgans een aai over de bol gegeven, there there, en doorgespoeld naar de Hezelstraat. Aan het begin twee roepende Waterrallen, een overvliegende Kleine bonte specht (m'n eerste dit jaar) en een opvliegende Watersnip. Liefst vijf Matkoppen trokken door het riet aan de zuidkant en hoewel de overvliegende Gote Mantelmeeuw aan de oostkant van de Hezelstraat een eitje was, had ik geen zin om de meevliegende grote grijsmantelige meeuw te determineren. Die Brandganzen en grote groep Kramsvogels in de weilanden waren veel interessanter. De oorzaak van een groep opvliegende ganzen blijkt een Vos te zijn die door de weilanden banjert. Kleine twijfel of ik linksaf richting Bisonbaai zou gaan en dan weer naar huis, of toch rechts en dan langs de Plak. Ik sla dus rechtsaf en net voorbij het laatse huis, zie ik, tot mijn grote verbazing en zonder verrekijker al een Roodhalsgans vlak langs de weg foerageren. Krek! Ik bekijk de vogel goed en kan geen ringen ontdekken. Dat is beter nieuws! Snel bel ik Peter Hoppenbrouwers om de gans in een mail te laten omzetten en bel ik Jan Hartog, altijd in voor een leuk fotootje.
Na een tijd heb ik het wel gezien, de luchtvochtigheid ín mijn regenpak is nu bijna even hoog als er buiten. Aandachtig speur ik nog een keer door de grote groep Kol- en Brandganzen en fiets dan naar het pontje bij het Meertje. Nieuwsgierig of er misschien nog Bokjes langs de sloot bij de Rijksweg zitten, of dat het paartje Roodborsttapuiten er nog zit, begin ik te draaien aan het wiel van het pontje. Als een koppige ezel blijft het ding echter weerbarstig aan de overkant liggen en het wiel draait tollend terug door de spanning. Jos van Oostveen aan de lijn: waar de Roodhalsgans zit. Ik besluit terug te fietsen, om toch nog even te checken of de vogel er nog zit en zie op afstand al dat Jan H. gearriveerd is. De Roodhals zit nu verder naar achter en is niet altijd even goed te zien. Maar zien doet Jan 'm wel. Én fotograveren ook. Alleen werkt de afstand en het licht nu niet echt mee. Ik keuvel even bij Jan in de auto, wat nog een Grote Zilverreiger aan de fietstocht toevoegt en na buiten een sjekkie gerookt te hebben fiets ik alsnog door Persingen met een omweg naar de weilanden langs de Rijksweg. Kolganzen, een grote groep Kramsvogels en een Grote Zilverreiger hangen hier rond. Geen Bokje en geen Roodborsttapuit. Via het klaphek aan het eind van de parallelweg steek ik de Rijsweg over en fiets Ubbergen in. In het dorp vind ik een tuin nog enkele Glanskoppen en wat mezen.
Bij het SOVON-kantoor ga ik het pad op en parkeer de fiets bij de lage slagboom en ga lopend verder. Misschien, heel misschien wil er wel een Middelste Bonte ondanks het pokkeweer meewerken. Zowat in de achtertuin van SOVON stoot ik bij een bramenstruikpartij langs de bosrand een Houtsnip op en laten twee Vuurgoudhaantjes zich mooi bekijken, al scharrelend door de lage struiken. Ik loop met een omweg terug naar de fiets en pik zo nog een aantal Glanskoppen mee, waaronder één zingend. Hup de Rijksweg weer over, kijken wat het Wylerbergmeer te bieden heeft. Oostelijk fiets ik langs de plas. wat wederom twee Vuurgoudhanen langs het pad oplevert. Zes Sijzen vliegen over. Aan de noordkant van de plas fiets ik langs de sportvelden. De bomen zitten hier vol met Kramsvogels en Spreeuwen. Net voorbij de velden sla ik linksaf en duik door de fietstunnel terug Beek in. Nu ga ik de Duivelsberg via het Piet van Rossumpad op. Langzaam bekijk ik alle bomen. En vang een zacht geklop op. Op de plek waar ik vaker Middelste Bonten heb gezien. Zou het? Na een tijd vind ik een vrouwtje Grote Bonte Specht, die de top van een boom aan het decimeren is. Jammerdebammer. Er tegenover, in het kwelbos vind ik m'n derde paar Vuurgoudhanen, nu vrij hoog in de Eiken. Bij het akkertje loop ik tegen een club koters aan, die het goed zou lukken om de sirenes van de eerste maandag van de maand ruimschoots te overtreffen. Ik hoor helemaal niets en ga door naar het bruggetje. De schemer doet z'n intrede, de slagingskans gaat nu heel hard achteruit. Na om 15:47 Bram Ubels te woord te hebben gestaan, die even later ook de Roodhalsgans kan noteren, vind ik het mooi geweest. Bij het bruggetje in het bos loop ik nog tegen een onwaarschijnlijk grote groep mezen (tientallen, voornamelijk Kool) en Vinken aan. Bij villa Berglust gaat de laatste soort, drie Kepen, de lijst op en voldaan laat ik me heuvelafwaarts terug naar Nijmegen voeren.
Thuis pel ik mezelf uit m'n regenpak en doe voorzichtig m'n schoenen uit. Het zal me niet verbazen als er, gezien de waterstand, niet nog één of andere spectaculaire vissoort te voorschijn komt. Proppen kranten gaan er in, handschoenen op de kachel. En ik, ik wil met de kleren aan onder de douche.Toch geen verschil meer. De chocomelk pruttelt.Altijd fijn!

donderdag 10 januari 2008

Soms zit het geluk in meerdere hoekjes

Vanochtend had ik een werkgesprek, waar ik met de kijker in de rugzak heen ging. Bij een vijver aan het Kerkenbos zat een adult Kleine Mantelmeeuw. Op de terugweg nog even door het Goffertpark gestruind. De noordwesthoek is een ontzettend leuk hoekje. Loof- en dennebomen, vijvertje, veel struiken. Daar moeten wel leuke vogels opduiken!
Via de ingang aan de Slotemaker de Bruineweg/hoek Muntweg fietste ik langs een struikenrij waar een groep Pimpels en Koolmezen en Merels zat. Bovenlangs fiets ik richting de kleine vijver. Rond deze 'vijver' heb ik al eerder Vuurgoudhanen gezien, maar ook Kepen, Appelvink, Grote Lijster en groepjes mezen met Goudhanen hingen hier al rond. Nu leek er weinig te zitten. Maar schijn bedriegt. Na m'n eerste stop, met bijna niets, stop ik een klein eindje verderop. Hier loop ik tegen een groep mezen aan. En hoe langer ik stil sta, hoe meer ik zie. Ik tel zo snel vijf Boomkruipers, Boomklevers, een groep Staartmezen, één Zwarte Mees, vier Goudhanen en Kool- en Pimpelmezen. Ik volg de groep en even later sta ik weer op m'n oude 'hotspot'. Nu zie ik bovenin wat bomen ook twee Vuurgoudhanen fladderen. Een Grote Bonte Specht golft door de lucht.
Daarna door naar m'n volgende favoriet: de educatieve natuurtuin bij de Goffertboerderij. Hier tref ik vijf Appelvinken in één boom, een Grote bonte en Groene Specht, twee Putters, twee zingende Goudhanen, twee overvliegende Sijzen en een aantal Groenlingen aan.Weer een leuk succes dus! 's Middags na wederom een gesprek eerst langs de ruigteterreinen langs het spoor bij Heijendaal op zoek naar Europese Kanaries. Helaas. Wel in een wijk in de buurt een Kleine Barmsijs. Daarna door park Brakkenstein. Aan de zuidkant van de heemtuin in het park loop ik wederom tegen een groep mezen aan. Hiertussen weer twee prachtige Vuurgoudhanen, een viertal Goudhanen, een Grote bonte specht, weer één Zwarte Mees en begeleiding van Kool- en Pimpelmezen. Bij de villa in het park vind ik één Keep tussen een groep Vinken in een Beukengroep.Heerlijk om zo van die hoekjes af te speuren! Moet maar eens beginnen met alles structureel vast te leggen. Want dit gaat nog iets leuks opleveren!

zondag 6 januari 2008

Een spét-ter-rende nieuwjaarsexcursie

Het was in ieder geval níet koud! Maar als ik zó zou zweten was ik in vijf minuten uitgedroogd. Terwijl de hemelkraan goed open staat komen Jan, Hennie en ik om vijf over negen bij het HD-gemaal aan, waar al zes man en één vrouw sterk staat. Na nog even gewacht te hebben op nakomers verdelen we ons over drie auto's en rijden de Ooijpolder in. Bij de 'oude-van-dagen-kolk' valt m'n oog op twee witte en twee bruine puntjes op het water. De eerste stop is gemaakt. Twee man en vier vrouw Nonnetje dobberen op het water. Vlak voor ons zwemt een vrouw Grote Zaagbek. Dit stemt ons al tevreden. Dan gebeurd iets wat volgens mij nog nooit is gebeurd bij een VWG-excursie. We zijn iemand vergeten mee te nemen bij het HD-gemaal! Snel rijdt een auto terug en pikt de tiende man weer op. Had eigenlijk z'n gezicht wel willen zien.

Vanaf een afstandje is al te zien dat er weer drie ganzen op de dijk zitten: het setje Grauwe/Kleine Rietgans is weer compleet en laten zich uitdagend bekijken. Ze zwemmen van ons af. Echt wild dus! Na een korte natte check van de rest van de plas slaan we de Hezelstraat in. Langzaam rijden we langs het eerste rietveld, het lijkt rustig. Door het open raam hoor ik een 'huwiet'-roepje. Met een 'je-weet-maar-nooit' stoppen we. Als je een raar geluid in een bosje niet kunt plaatsen, maak er dan maar een Koolmees van. Zo ook in dit geval. Tot onze verbazing klinkt er ineens 'ping' uit het riet. Als snel heeft Martin Slot de Baardmannetjes in beeld. Ze blijken vlak voor ons in een klein rietstukje te zitten. Zelf tel ik er vier, er worden er zes geteld. Dit gaat héél goed! Ook drie Waterrallen gillen het uit. Bij het tweede rietveld stoppen we ook weer even, hier werden de Baardmennekes eerder gehoord. Één persoon meent hier ook een Baardman te horen, het blijft daarna helaas stil. Een Grote Zilverreiger flapt zich een weg over de weilanden bij de Plak en er worden enkele Kramsvogels roepend gehoord. Een Rietgors vliegt naar het westen. Langs de Kruisstraat wordt een groepje ganzen bekeken. De Grauwe Ganzen gaan, gestoord door een boer, later op de wieken.

Bij de Bisonbaai wordt alles weer uitgeladen. Een groep Huimussen knussen gezellig in de haag bij Oortjeshekken, een wolk Groenlingen vormt een eigen bui en valt snel weer in. Er zitten weinig eenden op de baai, het leukste vliegt over: een Grote Mantelmeeuw, tien Kieviten, negen Wulpen en een Sperwer. Onder toeziend oog van twee adulten ontleden twee juveniele Grote Mantelmeeuwen een ondefiniëerbaar iets op het strandje bij de steenfabriek aan de Erlecomsedam. Bij het infobord van de Kaliwaal is het hoogtepunt twee Waterpiepers, de rest is leeg. Op een kolkje langs de Duffeltdijk zie ik het silhouet van iets bekends. We rijden langzaam door, maar de rem wordt toch ingetrapt: een vrouw Grote Zaagbek trekt haar baantjes. Het plan om een wandeling te gaan maken op de Duivelsberg regent even snel weg als het bedenken er van. We zetten in op het idee om onder de inmiddels erg donkere regenbuien door te gaan rijden en in te zetten op een droge Kraaienbergse Plassen. Via Berg en Dal, Groesbeek, Mook en de Toendrarietganzen aan de westkant van plas 9, draaien we later de parkeerplaats van deze de plas op. Ditmaal geen bevriezende omstandigheden als gisteren en hoopvol richten we halverwege het fietspad langs de plas de telescopen op het wateroppervlak. Twee Brilduikers schieten langs, de Topper wordt helaas een Dobber. Wel ben ik zelf even sprakeloos als er ineens een Grote Zeeëend in m'n kijker verschijnt. Dit lijkt sterk een andere vogel als eerst: de vogel heeft geen witte kopvlekken zoals bij de eerdere vogel wel goed zichtbaar was. In de toppen van een groep bomen worden de Zanglijster en drie Koperwieken aan de lijst toegevoegd.

Na het tunneltje gepasseerd te zijn rijden we Linden binnen. Langs de noordkant van de KBP rijden we naar plas 5. Een Holenduif op de reling van de brug ten noorden van Linden wordt er bijna afgeblazen door ons passeren. Een stuk verderop, bij de boerderij bij Ganzenorgel hebben zes Holenduiven ieder hun eigen weidepaaltje. Een groep Ringmussen bekijkt vanuit een boom de Vinken die het kuilvoer proberen te decimeren. De Kramsvogel op een paadje wordt opgemerkt en tien minuten later staan we vanaf de noordoever te genieten van de nog aanwezige Roodkeelduiker. In een hoekje zwemmen een man en twee vrouw Grote Zaagbek en na een telling van de hele plas kan ik 19 Brilduikers noteren. We proberen de Roodkeelduiker dichterbij te bekijken en rijden naar de zuidkant van de plas. Tuurlijk zwemt de duiker nu voor onze oude plek. De Bergeend op de zandplaat wordt vanaf deze plek al opgemerkt en later van dichtbij vanuit de hut bekeken. Een hele grote groep ganzen, met in ieder geval Kol en Rietganzen strijkt neer langs de provinciale weg ten zuiden van de hut, in de hut wordt onder genot van een kop thee (Hennie) of koffie (de rest) een Tafeleend, Dodaars, Witte Kwikstaart, Wintertalingen en Kokmeeuwen waargenomen. Tien paar ogen zoeken de IJsvogel, zonder resultaat. Meer resultaat hebben we bij plas 7 en 8. Op een zandplaatje in plas 7 zit een adult Pontische Meeuw met slechts enkele Storm- en Kokmeeuwen en op plas 8 wordt waarachtig de Topper-man tevoorschijn getoverd. Tien minuten hebben we. Nadat iedereen de vogel heeft kunnen bekijken, vliegt deze samen met een vrouw Kuifeend op en draait na een rondje voor ons langs richting plas 9, ons, twee Brilduikers, zes Wintertalingen en de rest verbaasd achterlatend. Doch, we hebben 'm toch nog! De melding van een Roodhalsgans brengt ons de A73 op, richting Venray-Noord. Bij Well draaien we de brug af en een minuut later hebben we enkele tientallen Toendrarietganzen, drie Kleine Zwanen, een Zwarte Zwaan en een twintigtal Knobbelzwanen in beeld. Het hoost, de pret is echter nog hoog en niemand heeft de gedachte te kappen met de tocht. Onder de brug door richting Elsteren, waar we aanschuiven bij Rob Voesten. In een wuivend veld van een paar duizend ganzen zit ergens de Rotgans en niet veel later wordt de vogel vooraan in de groep teruggevonden. Achteraan foerageren drie Brandganzen en tussen de Kolganzen foerageren ook een hondertal Toendrarietganzen. Aan de andere kant van ons stapt een Grote Zilverreiger door een wei. We kunnen helaas geen Taigarietganzen ontdekken, wel twee Kolganzen met een gelige ring rond de ogen en met dank aan Rob Voesten voor de aanwijzingen willen we instappen. Net als alles droog is gesteld, slingert Rob een 'KHEB UM!' de lucht in. Het blijkt om de Dwerggans te gaan. Snel vervoegen we ons weer bij Rob. Zijn telescoop staat echter zo opgesteld bij zijn auto, dat een snelle blik werpen moeilijk is. Rap pak ik mijn telescoop en op aanwijzen krijg ik de vogel in beeld: gele oogring, hoge smalle bles, schijnbaar ongestreepte buik en grootte maken het plaatje af. Twee minuten later ontploft er vuurwerk. Een boer aan de rand van het weiland schiet pijlen af. De eerste helft gaat de lucht in, de groep mét de Dwerggans blijft verstijfd staan. Evenals wij. Om na een tweede knal ook de lucht in te gaan. Bedoel de ganzen. Maar ook wij ontploffen door het gebeuren. De boer blijf vuren en de ganzen zoeken hun heil verderop. Dit is flink balen voor de rest van de groep, die de vogel helaas moet missen.

Ontgoocheld en kwaad verlaten we Well en rijden via de uiterwaarden naar het noorden. Waar gisteren nog vele ganzen zaten, is het nu rustig. Bij Gennep begint een interessante tocht, waarvan ik denk dat de rest van de mensen zal denken 'waar gaat die Remco in vredesnaam heen'. Iets soepeler dan gisteren loods ik ons via Ven-Zelderheide naar De Banen. Het toenemen van de donkere lucht doet me besluiten gelijk door te rijden naar de Sint Jansberg voor een wandeling door de Diepen. Langs het wandelpad met de berkjes onderlangs lopen we het bos in. Ik hoop op een Kleine Bonte Specht, maar het is rustig. Het zal al te schemerig zijn. We stuiten op een groep mezen, waar onder andere drie Glanskoppen en een paar Goudhanen meevliegen. Boomklevers kleven zich roepend een weg door de beuken. Een Havik vliegt laag noordwaarts over het bos, een Sijs oostwaarts. De rest is stil. Bij de drie bosvijvers ontwikkelen we een kollektieve nekpijn. Aandachtig speuren we de toppen van de bomen af, in de hoop een Middelste bonte specht te mogen zien. Net als de IJsvogel blijft ook deze stil. Na een slentergang door het bos, met regelmatig kijk- en luisterpauzes komen we aan bij de noordkant. Altijd een schitterend vergezicht, ditmaal muzikaal ondersteund door drie mauwende Buizerds. Een vierde ontrekt zich hieraan en houdt zich bezig met hun andere hobby: paalzitten.

Het begint steeds meer te schemeren en met nog een aantal Goudhanen, een Grote bonte specht en een groep Vinken op een akker op zak keren we om half vijf terug bij de auto's bij restaurant De Diepen. De twee chauffeurs brengen hun passagiers terug naar het HD-gemaal, Jan brengt Hennie en mij naar huis. Ik ben een beetje stil thuis. Vol verwondering door én de hoeveelheid (leuke) soorten en het doorzetten van iedereen ondanks de af en toe slagregens kan ik alleen maar stil zijn.

En nagenieten!

Alle deelnemers, en niet genoemde vogelsoorten, hartelijk dank, de chauffeurs Jan Hartog, Harry Nieboer en Geert Lamers nog meer en wat deze excursie betreft: tot volgend jaar! Mét regen, ditmaal succes gegarandeerd
!

zaterdag 5 januari 2008

Roodkeelduiker en Topper op de Kraaijenbergse Plassen

Dat Bram nog heeft kunnen verstaan wat ik heb gezegd! Ganz tief gefrorn belde ik vanaf Kraaijenbergseplas 9 bij Jan Hartog in de auto Bram Aarts op, om te melden dat het inderdaad om een Roodkeelduiker op KBPplas 5 ging, die gisteren als mogelijk was ontdekt. Wederom zet Gert-Jan Caspers een prachtontdekking op z'n naam! De eend met grijze rug en torpedolijf bleek inderdaad ook een Toppertje.
Om kwart voor negen zette Jan en ik onze kijkers op plas 5. Al vrij snel zwom een duiker m'n beeld in en binnen twee seconden bleek ik eindelijk de derde 'duiker' voor ons werkgebied te mogen aanschouwen. Kijkend naar de, overigens zeer actieve duiker, kwamen achter in beeld twee Casarca's binnendrijven. De duiker dreef en dook al snel richting kijkhut, wij doken ook (in de auto) en reden naar de hut. Hier bleek dat de vogel al weer in de NW-hoek van plas 5 zwom. Bij de kijkhut vlogen een aantal Wulpen op, hakte een Geelpootmeeuw op iets wat leek op een overmaatse liché en doken vijf Brilduikers met een nieuw montuurtje hun kostje bij elkaar.
We hadden even twijfel. Of naar Amersfoort voor de Grote Kruisbekken, of eindelijk een echte Taigarietgans voor Jan Hartog in de wacht zien te slepen. Later zou blijken dat deze juist niet bleven wachten. Via plas 7 met Grote mantelmeeuw besloten we toch, mede vanwege de weersverwachting, in de buurt te blijven. Bij plas 9 konden we al snel, echt exact op de plotpijl van Gert-Jan gisteren de Topper terug vinden.Daarna werd het een tocht met veel ganzen en andere leuke soorten. Om het kort te houden:
Op vele plekken grote aantallen Toendrarietganzen, Rotgans aan de oostkant van de brug bij Well, samen met Zwarte Zwaan en Indische Gans, drie Kleine Zwaan, Toendra's en KnobbelzwanenReinderslooi vijf Brilduikers, een Dodaars en een overvliegende Slechtvalk man, Grote Zilverreigers aan de noordkant van de brug, bij Elsteren (1) en 1 in de weilanden bij Hoogeind,Havik, Zwarte Zwaan en twee dubieuze blauwfasige Sneeuwganzen Kramsvogels en een Goudvink in een 'Pestvogelparadijs': een veld vol Gelderse Roos, én een Brandgans en vele Toendra's bij Ven Zelderheide langs de Niers, veertien Patrijzen aan de Raamweg aan de westkant van plas 9 bij Cuijk.
Alle andere leuke soorten zijn terug te vinden in ons waarnemingenwerkgroepscherm. En Jan: die Taigarietgans vatten we morgen bij de snavel!

donderdag 3 januari 2008

Na mist komt zonneschijn

Hallo allemaal,

Mijn oud en nieuw zit er weer op. Vanuit hartje Nijmegen jullie allen een prachtig en vogelrijk 2008 toegewenst! Hopelijk iets minder hollen en wat vaker stilstaan. Wat ik vandaag ook maar gelijk in de praktijk heb gegooid. Als een Luiaard op oorlogspad vandaag over heuvel en door dal gelopen bij de Wylerberg. Aan de westkant een groep Vinken en Kepen die zich tegoed deden aan het nodige groenvoer. Enkele Boomkruipers zingen hun eerste liedje (waar zit die Kortsnavel...?)

Moet trouwens eerst nog even vertellen dat ik eerder door Mariënboom ben gefietst, een leuk bosperceel aan de oostkant van Nijmegen. Tot m'n verbazing waren hier ALLE Rhododendrons tot een horizontaal niveau verwerkt. Dag Vuurgoudhanen bosjes...gelukkig zat er nog wel het één en ander, zoals Grote Bonte Specht, Koperwiek, m'n eerste zingende Glanskop en een groep mezen. Een Eekhoorn vloog tegen de boom omhoog op het moment van rakelings passeren.

Terug naar de Wylerberg, waar ik inmiddels aan de oostkant ben beland. De toppen worden prachtig beschenen door de zon, het geklop aan de bomen kwam vanaf verschillende kanten op me af: Boomklevers, Grote Bonte Specht en hier en daar doet een Koolmees z'n best. Iets voorbij het oostelijke bronbosje, zo tussen het knuppelbruggetje aan de Beekse kant en de nieuwe brug bij het L-weiland zoek ik een klopgeest. Is maar goed dat ik hier langer bleef staan, niet veel later draait een Middelste Bonte Specht m'n beeld in. De vogel , vermoedelijk een vrouwtje door het ietwat (schijnbaar) blekere rode petje, leeft zich uit op een acacia en laat zich prachtig bekijken. Na een half uur besluit ik verder te gaan. Via Wylerbergmeer, met IJsvogel, kom ik aan bij de Querdamm. Een grote groep ganzen foerageert in de weilanden. Kol- en Grauwe Gans voeren de boventoon, maar er schuifelen ook drie Brandganzen, een tiental Toendrarietganzen en zelfs drie 'reusachtige' Taigarietganzen tussen. Een Geelgors tikt in de haag en een Dodaars sluipt door de sloot. Via Kerkdijk, dichtgevroren weilanden, dus geen Waterpiepers, naar het dorp Ooij. Binnendoor fiets ik naar de Bisonbaai, een Grote Gele Kwikstaart meenemend, die overvliegt aan het zandpad Kon. Julianalaan.

Bij de Bisonbaai de telescoop erbij gevat en het water afgespeurd. Dit levert een Pontische Meeuw en twee Brilduikers op, dobberend en duikend met Zilvermeeuwen, Smienten, Tafeleenden en Kuifeenden. Een grote groep Putters en Groenlingen bivakkeert nog steeds in de ruigte. Bij de Spruitenkamp vliegt m'n eerste Waterpieper over en niet veel later kan ik, samen met Jouke van der Zee, een man Goudvink noteren langs de Hezelstraat. Een Waterral doet gillend z'n best en het paar Havik slooft zich in de lucht prachtig uit, roepend en najagend. Bij de Oude Waal helaas geen Kleine Rietgans. Wel een groep van ongeveer elf Waterpiepers, drie vrouwtype Nonnetjes, een hoop Pijlstaarten, Smienten en Wintertalingen. Een groep van minimaal achttien Watersnippen staat wat dromerig op een slikplaat, af en toe prikt er één een snaveltje.

Thuis loop ik een rondje over het kerkhof achter m'n huis: Groene Specht, een vijftiental Kepen, een Appelvink en Sijs en twee Goudhanen mag ik noteren. In het Goffertpark zitten nog steeds twee Appelvinken bij de vijvertjes in de NWhoek.

De kop is er af, laat het wederom een jaar met verbazende waarnemingen worden!