maandag 31 maart 2008

IJsduiker Kijfwaard

Deze prachtige IJsduiker zwom al een tijd in de Kijfwaard, onderdeel van de Lobberdensche Waard in de Gelderse Poort. Samen met Jan Hartog ben ik uiteindelijk vandaag ook gaan kijken naar deze mirakels mooie zeevogel. Bij de grote recreatieplas De Bijland zagen we later drie prachtige Geoorde Futen in zomerkleed.



woensdag 5 maart 2008

Tussen regenbui en zonnestraal past altijd een leuk verhaal

Het plan van Jan Hartog en mij was wat 'verder' in het land op excursie te gaan. Verwachte weersverwachtingen doen ons anders besluiten en zo sluiten we rond half negen het autoportier bij de nieuwe afgravingen aan de Ewinkel bij de Kraaijenbergse Plassen. We worden vrolijk begroet door een zingende Tjiftjaf. Dat stemt ons gelijk zonnig en doet wensen naar meer zomervogels. So you wish...Niet veel later ('goh, een Kleine Plevier of zo zou leuk zijn'), wordt de aandacht getrokken door een vogel op een zandhoopje: Kleine Plevier! Volgens de fenologiestatistieken in ons waarnemingenscherm één der vroegste, zoniet dé vroegste tot heden in ons werkgebied. Een Tureluur vliegt fluitend over. Hoezo hagelbuien?
KBP-5 is akelig leeg. Een Brilduiker, drie Bergeenden, wat Kieviten en een paar Tafeleenden en Kuifeenden kruipen door het telescoopbeeld. Langs de Maas ten noorden van Linden foerageren zestig Wulpen op een wit achtergrondje van 21 Knobbelzwanen. Één van m'n weinige Kneuen dit voorjaar vliegt over. Via Gassel rijden we naar de Tongelaar. Op een akker langs de weg Broekkant hangt een groep van zo'n tien Veldleeuweriken rond. Twee ervan zingen biddend hun zomerhit, melodieus ondersteund door een zingende Geelgors. Zo'n veertig Kramsvogels tsjakken over het bos. Een korte stop op een bruggetje over de Lage Raam levert niet directe de gehoopte IJsvogel op. En net als je weg wil rijden: túúrlijk.
Langs de Uilweg bij het grindgat De Kuilen eerst één Geelgors op een ruige akker, later komen er nog zeven uit de bomen omlaag. Prachig die gele 'kupkes'! Alles moet natuurlijk op de vlucht voor drie overpendelende Buizerds. Via een kleine ingang aan de Valkweg wandelen we naar het grindgat. Het vrouwtje Topper is vlot gevonden in een klein groepje Kuif- en Tafeleenden, twee Scholeksters staan er voor op een pijpleiding en iets verder staan er nog eens twee op een vierkante plastic boei. Bij de eenden zwemt nog een merkwaardige eend, welke strak weigerde de kop uit de veren te doen. Ook als soms alles verschrikt de kop opricht, de eend was ver heen. Thuis laten vergelijkende foto's zien dat het toch de hier eerder door John van Zuijlen ontdekte Krooneend betrof. Aan de westkant van het grindgat trippelt een Oeverloper langs het water, bij een groep van acht Scholeksters kwikt een witte staart.
Het idee om naar de Ullingse Bergen te gaan laten we varen op het water welke later met bakken naar beneden komt. Onze redding, u leest zo waarom. Op de plas De Vilt bij Beugen zwemmen minimaal zes paar Fuut, drie Wintertalingen en een paartje Krakeend. Op een ondergelopen weiland bij De Haart lopen twee Scholeksters, twee Witte Kwikstaarten, vier Brandganzen en twee Bergeenden. Lange tijd geleden dat ik hier was geweest, maar wat een prachtplek!'De laatste keer dat we hier waren hadden we geen Klapekster', zeggen Jan en ik nog tegen elkaar. Ik ben de auto half uit, of ik zie 'm al boven in de top zitten bij de haagjes bij de Leemput van Milsbeek. Schitterend! Later vliegt de vogel meer rchting de zandput en voert hier een korte aanval uit op een Koolmees, die snel de dichte bosjes indook. De tweede Tjiftjaf voor vandaag zingt uitbundig tussen de meidoornbloesems, een groep Koperwieken zingt verderop uit volle borst. Twee Grote Lijsters doen mee vanaf een heideveldje langs de grens in het Reichswald. Dat gaat voortreffelijk!
Eindje wandelen dan maar op de Jansberg, lekker weertje er toch voor? En potverdriekacheltjes! Terwijl we net aan de Zwarteweg het bos zijn ingelopen zie ik een specht aan komen vliegen, de éérste specht. De vogel gaat net half achter een boom zitten, een roze broek is echter voldoende om naar Jan te juichen: 'Middelste bonte!' YES! Vlak daarna laat de vogel zich prachtig bekijken. Het, zo te zien, mannetje wordt behoorlijk getreiterd door twee Grote Bonte Spechten, wat er voor zorgt dat de vogel geheel vrij op zo'n meter boven de grond vlak voor ons komt zitten. Jan weet enkele platen te kieken en ik kan m'n geluk niet op. De derde Tjiftjaf voor vandaag zingt aan de noordkant van het bos.
We lopen een rondje langs de drie Bosvijvers in een atmosfeer van opvallende stilte, enkele Glanskoppen zingen uitbundig, daar blijft het bij. Elke specht wordt bekeken, elk klopje onderzocht. Aan de noordkant van de vijvers hoor ik een opvallend, maar zacht 'Kro'. Mmm, klinkt als Raaf. Zou ook een krakende boom geweest kunnen zijn. Tussen de boomkruinen door speur ik toch maar de lucht af. En daar vliegt ie! Een grote zwarte vogel met wigvormige staart flapt richting Reichswald, gevolgd door een tweede. Ik kan de vogels een tijd volgen en zie nog net hoe één van de vogels een prachtige stuitervlucht inzet, om daarna omlaag te duiken. Weer aanbeland op het bospaadje langs de Diepen ontwaren we een Grote Zilverreiger in een moerasig stukje in de Diepen, de andere kant levert tot onze verbazing weer de Middelste Bonte Specht op, nu zo'n 100m westelijker opgeschoven.

Met een grote grijns verlaten we het bos. In de hoop nog weer een glimp van de Raven op te vangen rijden we langs de Holleweg naar Groesbeek. De enige vogel die we in de lucht er uit pikken is een hoog noordwaarts glijdende Ooievaar. Via Kranenburg koersen we naar de Sint Hubertusweg bij Beek en draaien de Ooijpolder in. Langs de Persingensestraat weinig, langs de Kouwedijk een leuk aantal Kieviten, helaas zonder enig Goudplevier. Een deken van Kol- en Grauwe Ganzen ligt in de hoek Kruis-/Hezelstraat, niet veel later vindt een boer het nodig deze eens goed op te kloppen, zodat ook de veertig Brandganzen ertussen mee omhoog gaan. Een kekkerende man Havik vliegt door de Groenlanden.
De lucht betrekt nu behoorlijk serieus en onder dreiging van sneeuwwolken bekijken we bij de Oude Waal de slikplaten. Een groep Grutto's foerageert tussen de ruigte, alleen een overduidelijk baksteen rood en gestreepte Grutto iets verder gaat als IJslandse de notities in. Ik ben blij met m'n eerste twee werkgebied-Tureluurs vooraan, nog blijer word ik van het groepje van minimaal zes achteraan. Ze zitten ver weg, het exacte aantal is moeilijk vast te stellen. Een tiental meters rechts ervan waadt een Grote Zilverreiger door de hoge ruigte. Drie Watersnippen, toch weer die onvermijdelijke Kleine Rietgans, vele Pijlstaarten en Slobeenden en een leuk aantal Bergeenden vormen het einde van een geweldige, zonnige dag. Maar door het wegvallen van de zon wordt het nu wel vies koud op de dijk. Tijd om te gaan. En het zonnige humeur: dat gaat mee naar huis!