Vanochtend iets over negen gaat de telefoon. Aan de andere kant hangt Rob Felix die zojuist een vrouwtje Grauwe Klauwier in beeld had. Hij staat in de Oosterhoutse Waard. Ik ben nog niet helemaal wakker en reageer wat traag. Dan schiet ineens te binnen dat dit nummer 200 op mijn jaarlijst zou kunnen zijn. Snel schiet ik in de kleren en stap op de fiets. Dat ik nog niet helemaal wakker ben blijkt uit het feit dat ik een flink eind door de stad omfiets. Vlug corrigeer ik mijn plan en rij even later via de fiets/spoorbrug linksaf de Oosterhoutsedijk op. Bij een struikentuin langs de dijk hoor ik het bekende 'pneu' geluid van de Spotvogel. Deze uitbundig zingende vogel is m'n tweede dit jaar.
Rob Felix is ondertussen even het dorp Oosterhout in als ik 'm aan de lijn heb, hij zal er gelukkig zo ook weer zijn. Dat scheelt met zoeken. Als ik aangefietst kom staat hij inderdaad op de dijk en wijst me de plek waar hij de vogel het laatst had. We lopen de dijk af en houden de meidoorn waar de vogel in zat in de gaten. Spoedig zie ik een vogel in de top van een bloeiende meidoorn ernaast zitten. Hebbes! Het vrouwtje laat zich mooi bekijken, de wind slingert de vogel wat onrustig heen en weer.
Ineens is de vogel weg. We speuren de omgeving af en vinden de vogel weer op het prikkeldraad, iets uit de wind en laat zich nu nog mooier bekijken. Wat een geweldig mooie soort is dit toch. In Twente heb ik regelmatig deze soort van dichtbij als broedvogel mogen meemaken en elke keer weer is het een plaatje om naar te kijken. Een aantal keer wordt een succesvolle uitval naar grote insecten gedaan, die op een paaltje verorberd worden.
Rob moet door met z'n inventarisatieronde in de uiterwaard en gaat verder, ik blijf nog even hangen. Om vlak erna een roofvogel in beeld te krijgen. Een eerste indruk is dat het géén Buizerd is, onder andere door de typische houding van de (omlaag hangende) vleugels. Een kanteling met de staart laat een wouw zien en in een draairondje daarna blijkt het om een redelijk gehavende Rode Wouw te gaan. Snel bel ik Rob op, die de vogel oppikt. Langzaam draaiend vliegt de vogel langs de Waal naar het oosten Als de Grauwe Klauwier een stuk meer naar het westen langs het prikkeldraad het weiland invliegt vind ik het mooi geweest en ga na dit succesvolle uitstapje op huis aan. Langs de dijk tik ik soort 201 in, een viertal Noordse kwikstaarten. Vlak erna hoor ik de volgende nieuwe soort al weer. Een Bosrietzanger zit in de brandnetelruigte bij een klein poeltje uitbundig te zingen. En nu aan het werk. Met de vragende gedachte of ik mijn 209 soorten in 2008 in het werkgebied van de VWG Nijmegen zou kunnen overtreffen. Zou moeten lukken, ben benieuwd!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten