Er zijn zo van die dagen dat er in de onderbuik zich een kriebel ontwikkeld en vervolgens blijft hangen die nog het meest tegen hevige verliefdheid aanhangt: het is er wel maar wat is nu precies de oorzaak? Het zal bij mij ongetwijfeld komen door de vele meldingen van Witwang en Witvleugelsterns in den lande. Al snel wordt dit gevoel wel heel sterk als rond tien voor vier een telefoontje binnenkomt van Aart Vink dat hij nu twee Witwangsterns bij de Jezuietenwaay bij Duiven heeft. Oei oei oei, en de kriebel wakkert aan. Iets later heb ik Jouke van der Zee aan de telefoon om het nieuws te melden en de vraag te stellen of hij zin heeft 's avonds in de Ooijpolder te gaan zoeken. Om half zeven zal hij me oppikken bij het HDgemaal in de Ooijpolder. Menno Hornman, die ik later aan de telefoon heb wil ook wel mee.
Vlak voor we vertrekken besluiten we toch eerst in te zetten op de Jezuietenwaay. Maar er hangt een soort sfeer die zegt 'niet doen, eerst Ooijpolder'. Voor de grap zeg ik, terwijl we naar het pontje bij Doornenburg rijden dat 'Jos zo wel zal bellen met de mededeling dat hij één van de twee sternesoorten in beeld heeft'. Jos leidt die avond een fietstocht, georganiseerd vanuit de VWG Nijmegen door de Ooijpolder. We steken het pontje over en maken bij het Berghoofdsche Veer even een korte stop om te luisteren of de Grote Karekiet zingt. Helaas waait het hard, het wordt een erg korte poging. Ik bel Arjen Poelmans, die al bij de Jezuietenwaay is of hij de Witwangen al heeft gevonden, het resultaat is echter hooguit zeven Zwarte Sterns. Net dat we in de auto zitten om door te rijden naar de plek gaat de telefoon: Jos! Oh nee he!
'Hee Remco! Er zitten twee Witwangsterns op de vlotjes in de Oude Waal'. Iets in de trant van 'nondeju' schalt het door de auto. We wísten het! Jouke keert de auto en binnen het kwartier staan we weer op dezelfde pont. Die niet sneller kan varen dan we graag zouden willen. Als spanning te snijden is, dan was zelfs een bot mes nu voldoende. Via de dijken rijden we in een beheerst rap tempo weer op de Waalbrug aan. Vanaf Bemmel zien we al vogelaars op de dijk bij de Oude Waal staan. Hopelijk is de file, die op de heenweg de brug blokkeerde opgelost, wat gelukkig zo bleek te zijn. Menno krijgt Harvey aan de telefoon te pakken en we lijken nog safe te zitten, de vogels zitten nog op de vlotjes. In de verte zien we de mensen al op de dijk staan, fietsen en auto's links en rechts langs de weg geparkeerd. Een half uur na het pontje krijgen we twee schitterende adult zomerkleed Witwangsterns in beeld die samen op een Zwarte Sternevlotje zitten tussen de aanwezige Zwarte Sterns in. De stemming onder de vogelaars is bij deze prachtwaarneming natuurlijk uitzonderlijk goed, iedereen geniet van de sterns.
Een eerste keer komt een Boomvalk over, waarop de sterns, vooral de Zwarte, eendrachtig in de aanval gaan. Een tweede keer is de aanval nog heftiger als er een man Slechtvalk passeert. Het wordt zo een wel erg leuke avond. De Witwangsterns zijn met hun witte vleugels er makkelijk tussen uit te pikken, hun wat kikkerachtige roep laat helemaal makkelijk weten waar ze zitten. Dan wordt er rond half negen van bovenaf de dijk 'REUZENSTERN!' geschreeuwd. Hoe wat waar! Van links komt rustig een magnifiek mooie adult zomerkleed Reuzenstern aangevlogen. Krijg nou wat! Een fotograferende vogelaar valt pardoes om in de snelheid de vogel te zien. Gejuich stijgt op terwijl de vogel langzaam doorvliegt naar het noordoosten. Kort maar krachtig komt deze nieuwe regiosoort m'n lijst opgevlogen. Even later staan de volwassen fotograven als blije kinderen elkaars foto's van de stern te bekijken, de grijns straalt van hun gezichten ('we are the chimpions'!). Terwijl één Witwang wat verderop op een paaltje in het water gaat zitten, neemt de ander plaats op ongeveer twintig meter vanaf de kant en vormt zo een ongekend sterke magneet voor de fotografen. Zo mooi zul je een Witwangstern denk ik niet echt vaak zien!
Terwijl we bijna vertrekken babbelen we met een klein groepje wat na. 'Leuke avond' zegt Menno, 'met Witwang, Reuzenstern, Kleine Zilverreiger..' Huh, Kleine Zilverreiger? Ik mis wat. 'Ja, daar rechts, aan het eind van de populierenrij'. Ik richt m'n telescoop er op, maar zie nog niets. 'Ja daar'. Dat 'ja daar' blijkt een Ooievaar te zijn. Dan verschijnt het kleine witte reigertje rustig foeragerend uit de vegetatie. Dan komt Bram Ubels aangefietst. Met een 'huh, wat is hier aan de hand' stopt hij. Hij blijkt die avond ook aan het zoeken te zijn geweest naar leuke sterns, maar had nog niets. We wijzen de Witwangen aan, die inmiddels bijna zijn gaan slapen op de paaltjes in het water, en maken zo weer iemand gelukkig. Met een klein groepje blijven we nog even staan, je weet nooit. Uiteindelijk gaan ook wij in het schemerdonker, door deze geweldige avond, op vleugels naar onze eigen slaapplaats.
Dolle boel vanavond, ja een dolle dinsdag.!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten