zondag 16 augustus 2009

Crex, krijg nou wat!

Met een zondagmentaliteit (ach, doe maar rustig, zal wel weer vol fietsers in de polder zijn...) stap ik begin van de middag zelf toch ook nog op de pedalen. Op de dijk aan het begin van de Ooijpolder tref ik een zittende Bram Ubels die de lucht zit af te speuren. Met de telescoop pulkt hij een Havik boven de Groenlanden weg en een langstaartige 'buteo' gaat als Wespendief door naar zuid. De lokale Buizerds hangen nog steeds boven het populierenbos aan de Leuthsestraat. Samen fietsen we door naar de Oude Waal, en na aan de westkant de in het najaar reguliere Lepelaars geteld te hebben, ditmaal twaalf, zetten we ons tegenover het 'schiereiland' op de dijk.

In de lucht is het een drukte met doortrekkende groepen zwaluwen: Huis, Boeren en zelfs twee Oeverzwaluwen passeren naar het westen. In de daaropvolgende vier uur komen ook een achttal solitaire Gierzwaluwen meegedwarreld. Een prachtig gezicht om de vlokken zwaluwen rustig zwevend, dan weer stevig doorhakkend over te zien komen. Andere verplichtingen 'dwingen' Bram om huiswaarts te keren, ik blijf zitten. De eerst afwezig gewaande Watersnippen duiken nu toch op tussen de pollen vandaan, zo'n acht prikken een snaveltje. Twee Grutto's staan op de punt van het eiland, even later komen er vijf langs die enkele capriolen boven de Oude Waal uithalen en dan met onbekende bestemming doorvliegen. Hoe langer ik rondkijk, hoe meer Witgatjes er rond blijken te huppelen, evenals hun bruinere collega's, de Oeverloper. Een Bosruiter loopt stilletjes mee tussen de roerige Witgatjes.

Ondertussen is Peter Hoppenbrouwers aangeschoven en staren we verder in het rond. Keer op keer scan ik de slikrand zo'n zeventig meter tegenover me af. Op de al genoemde soorten na is er weinig beweging. Ineens blijft m'n oog haken aan iets wat voorovergebogen naar me toe staat: bruin, bruinzwart 'gevlekt' op de rug en een kort snaveltje. Eerste gedachte is een Watersnip met een afgebroken snavel. Maar de pootjes zijn ook wel érg opgezet, lees 'groot'. Ziek beest? Als nauwelijks later de vogel draait krijg ik een bruine 'ral' in beeld. Is dát dan? Géén Waterral, want te korte snavel; te bruin voor Porseleinhoen; te hoog op de poten voor een Kwartel. Als de vleugels kort omhoog worden gehouden is er een roestkleurig veld op de bovenvleugel zichtbaar. Hé, staat daar nou een jonge Kwartelkoning? 'Peter, kijk eens'. 'Ja, dat lijkt er wel op'. Boek toch maar erbij, zó vaak zie ik ook geen Kwartelkoning en zeker niet zó mooi. Ja, tis er wel een. Crex, krijg nou wat!!

Na een paar spannende minuten verdwijnt de vogel weer tussen de gele lissen. Even komt de vogel daarna weer kort tevoorschijn en verdwijnt dan weer. Hopend op meer blijf ik nu de rand heen en weer afkijken. Dit levert nog een pracht van een Kleine Karekiet op, die gezeten op een blad boven het water af en toe vooroverduikeld om wat te drinken. Of om in deze warmte gewoon even kopje onder te gaan. Dan duikt de Kwartelkoning weer op, nu een paar meter naar rechts. Hoewel ver, in de telescoop sta je er practisch met je neus bovenop. Wat een prachtvogel, niet te geloven. En dan gewoon een beetje langs zo'n rand struinend. Helaas gaat de vogel nét achter een pol zich uitgebreid staan poetsen, aan het woord fotogeniek heeft de puber blijkbaar een hekel. De paar keer dat de vogel zich wel open en prachtig laat zien wordt meestal afgesloten met een korte spurt het groen in, mij meestal achterlatend met een dot groen op de camera of een bruine vlek wat net zo goed een jonge Waterhoen zou kunnen zijn.

Ondertussen zijn nog drie mensen aangeschoven, Marian Crombach, Hans Schoppers en Tim(?) die langere tijd meekijken. Helaas laat de vogel zich in de vier uur dat ik er zit maar twee keer uitvoerig bekijken. De klok is inmiddels richting zes uur gelopen, ikzelf naar een stuk verderop langs de dijk. Dit nieuwe punt levert geen nieuwe bijzonderheden langs de slikrand op. Wel een Paapje midden op het schiereiland. Rond zes gaat de tocht op huis aan. 16 augustus. En dan een nieuwe jaarsoort vinden die ik totaal niet meer had verwacht. Én zo weer stukje dichter bij m'n jaarrecord (#210 in 2008) kom: 208.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten