2010 start qua zeldzaamheden met een heerlijk tandenknarsend geval. Ergens in Alkmaar schijnt een mogelijke Baltimoretroepiaal rond te hangen, maar niemand weet het fijne. Dan krijgt iemand een foto onder ogen die, samen met een Roodborst, wel degelijk een Baltimoretropiaal laat zien. Alleen: de exacte locatie is nog niet helemaal duidelijk. Dan wordt deze ook bekend, maar moet er eerst overlegd worden, of de persoon, 'een kennis' van de melder, wel op zoveel toeloop zit te wachten. Dan verschijnt 4 januari om 12:50 bij Dutch Bird Alerts een eerste melding. Dan komen er de hele dag onregelmatig berichtjes door met onduidelijkheden. De vogel schijnt er overigens al sinds december te zitten
De volgende dag is Max Berlijn er één van een klein groepje zoekenden. Om 10:42 wordt bekend dat de vogel is gevonden, om 10:48 meldt Max dat de vogel nú gezien wordt! Het is Debby Doodeman die de vogel herontdekt als ze vanaf een balustrade de bomen achter een Grove Den zit te bekijken: de vogel blijkt voor haar neus in de den te zitten! De den wordt dan ook spontaan omgedoopt tot Debby Doodeman Den, ofwel Triple D. Dan gaan de berichten op het forum van Waarneming.nl snel over en weer. Zodoende spreek ik 5 januari met Geert Lamers af de volgende dag ook naar Oudorp af te reizen. Enkele belletjes later zullen ook Erik van Winden en Bram Ubels van de partij zijn.
Om half zeven zet Bram z'n fiets in het rek en stappen we samen bij Geert in de auto, waarna we Erik oppikken. In het donker rijden we naar Alkmaar. Op de tomtom staat de Triple D ingeprogrammeerd, alwaar we iets over half negen in de buurt de auto op een parkeerplaats wegzetten. In de schemer zien we verderop al een kleine tiental mensen in dé den omhoog kijken, waaronder enkele bekenden als Rein Genuït, Embert Messelink en Bas van den Boogaard. Een Vuurgoudhaan vermaakt ons met z'n capriolen in de boom, van de troepiaal nog geen spoor. Ik besluit wat door de buurt te gaan struinen, maar ik ben nog maar nauwelijks veertig meter weggelopen, als er 'daar zit ie!' geroepen wordt. Door toeval zag ik Erik aan het eind van het pad een heel eind verderop lopen en via een ander pad ren ik naar waar ik 'm verwacht. Hier zie ik 'm gelukkig inderdaad in de verte lopen. Een 'Erik!' en gezwaai maakt het hem duidelijk. Ik ren terug naar de den en probeer de vogel in beeld te krijgen.
Dat is nog niet zo makkelijk in de schemer, gelukkig krijg ik al snel na de nodige aanwijzingen een oranje vogel in beeld. 'Jaaa!'. Met de telescoop kan ik 'm van dichterbij bekijken. Een fraaie zwartoranje, ongeveer spreeuwgrote vogel vult het beeld. Na een tijd vliegt de vogel een tuin in, waar hij uit beeld achter enkele hoge hekken verdwijnt. Bijna alle aanwezigen rennen de balustrade op, om zo in de tuin te kunnen kijken. Huh, weg? Dan duikt ie ineens weer op, gaat op een hek zitten en uiteindelijk peert ie 'm over een steeg naar een blok huizen verder. Ondertussen hebben vele vogelaars zich aangesloten en voor hun is de spanning nog lichtelijk hoog. We lopen om en komen zo bij een achtergang. maar de hekken zijn te hoog om iets in de tuinen te kunnen zien. We gaan daarom terug vanaf waar de vogel inviel. Na enkele minuten schiet een oranje vlek een boom in, en gaat in de top zitten. 'Dat is 'm!', schreeuwt iemand. Iedereen kan 'm nu fraai bekijken, als de vogel stil bovenin blijft zitten. Na enkele minuten vliegt dit plaatje weer terug richting de den, zit hier kort in de top van een boom, om vervolgens verder naar het westen te vliegen.
De hele meute gaat er achter aan. Ik ben behoorlijk tevreden met het resultaat en met Geert overleg ik onze volgende actie: aan de Kraaierslaan bij Noordwijk zit al een tijd een érg makke Zwarte Ibis. Voor Geert een nieuwe soort. We lopen uiteindelijk toch nog achter de tientallen vogelaars aan, die ik ineens kwijt ben. Na de tip van een vriendelijke buurtbewoner ('ze zijn met z'n allen die steeg in') komen we in een volle gang terecht. Hier lopen allemaal grote glimlachen. De troepiaal zat zojuist een tijd op een vetbol en liet zich schitterend bekijken. De foto's die ik achterop de camera's krijg te zien liegen er dan ook niet om. Dát hebben Geert en ik dan helaas jammerlijk gemist. Overigens niets dan lof voor de vele vriendelijke buurtbewoners. Wij waren misschien wat vroeg aanwezig, maar vogelaars later op de dag, en ook op de andere dagen, kregen koffie, koekjes en zelfs glühwein aangeboden! Prachtig zoveel medemenselijkheid!
Erik en Bram zijn ook tevreden en met z'n vieren proppen we ons in Geert z'n auto. Op Noordwijk aan. De Kraaierslaan hier is snel gevonden, de plek zelf ook. Voordat ik een auto en twee broodjes etende vogelaarsters in de berm beter heb kunnen bekijken, zien we de Zwarte Ibis op nauwelijks drie meter afstand al in de sloot lopen. Dit is wel héél erg rigoreus! Geert en Bram knallen met hun 'kanonnen de ene plaat na de andere, ik ga op de knieën om met de telefoon wat foto's te maken. Ik had al eens 'Zwibissen gezien, maar dan op een afstand. Nonchalanter dan dit kan het haast niet. De tertials zijn behoorlijk versleten en tesamen met het tamme gedrag krijgen we een wat vreemd idee. Op het Waarneming.nl forum wordt geopperd dat de vleugels misschien versleten zijn door het langs de rand van de sloot lopen en ijsvorming. En ijsvorming op de sloten, de kou en misschien een lange tocht achter de boeg kunnen het tamme gedrag misschien verklaren. Op de akker aan de andere kant van de sloot zwermen Kneutjes en Veldleeuweriken rond
Erik moet 's avonds voor z'n werk een slaapplaats van Huiskraaien tellen in Hoek van Holland. Geert en ik hadden het idee om ook nog de Zwarte Zeekoet van de Brouwersdam in te koppen: als tie, zoals afgelopen dagen, telkens bij de spuisluis opduikt, dan zou vandaag ook wel lukken. Dan gebeurd er iets waar we later nooit aan hebben kunnen denken...Afijn, we rijden naar het bekende 'vispaleis' aan de Koningin Wilhelinaboulevard, waar de Huiskraai ook kind aan huis is. Al vanuit de auto kunnen we de eersten dan ook al snel noteren! Weer een nieuwe soort voor Geert. Mijn oog valt op een eenzame rotgans die liggend op zijn buik op het grasveld zit te eten. Een ietwat ongewone locatie. Al snel krijg ik de wel erg witte onderdelen in beeld. De gans blijkt mank aan een poot merk ik als de vogel opstaat. Nu zie ik ook dat het wit op de buik tussen de poten doorloopt. Dít kenmerk wijst dan weer op een Witbuikrotgans! Afgelopen weken zijn op verschillende plaatsen aan de kust al dan niet groepen Witbuiken opgedoken, zodat er sprake is van een kleine invasie.
In het vispaleis werken we een warm visje en koffie naar binnen. Vanachter glas kijken we naar Drieteenstrandlopers, Scholeksters, Tureluurs, Steenlopers en Bontbekplevieren welke op een slikplaat langs de dijk ligt. Weer buiten tellen we bij elkaar zeven rondvliegende Huiskraaien. Erik laten we achter, hij zal zich nog zo'n drie uur moeten vermaken tot de slaapplaats telling plaats vind, wij rijden door naar de Brouwersdam. Bij het haventje aan de noordkant maken we een eerste stop, waar we een Zilverplevier, Middelste Zaagbekken, enkele Eiders en Zwarte Zee-eenden aantreffen. Het is gemeen vies koud. We rijden snel door naar de spuisluis, waar we zowat even snel vanaf de noordkant de twee eerder gemelde IJsduikers zien. Van de zeekoet geen spoor. Als we aan de zuidkant aankomen, krijgen we het ongelovelijke bericht dat de koet een paar uur eerder zou zijn opgepeuzeld door een Zeehond!!! Krijg nou wat, hebben wij weer. In de snijdende wind zoeken we verder. Kuifduikers, Roodkeelduikers, twee IJsduikers die steeds fraaier dichterbij komen. Geen Zwarte Zeekoet. Voor Geert is dit zijn vierde bezoek zonder resultaat. Dit is wel heel sip.
We zijn de kou zat en met de auto rijden we langzaam aan de rand van de dijk weer naar het noorden. Rotganzen, Bontbekplevieren, Bonte Strandlopers, Paarse Strandlopers, Kanoeten, Brilduikers, Zwarte Zee-eenden komen voorbij. Op het noordelijke deel vande Brouwersdam wagen we een laatste poging: bij enkele gele boeien werd de zeekoet ook wel eens gesignaleerd, mischien hebben we geluk. Bram plukt de derde IJsduiker voor vandaag tussen de woelige baren vandaan, Geert doet zijn duit in het zakje met een man IJseend op grote afstand. Maar we mogen niet klagen na deze leuke toertocht. Wat je me ook niet zult horen doen. Gátverdamme. wat was het koud...
Overigens werd de Zwarte Zeekoet de volgende dag weer gewoon gezien. Op dezelfde plek waar ie de laatste dagen verbleef. Op foto's is wel te zien dat iets 'm goed te grazen had genomen, in zijn vleugels zaten nu flinke happen. Toch wist ie blijkbaar weg te komen. Typisch Zeeuws: Luctor et emergo
Geen opmerkingen:
Een reactie posten