maandag 25 september 2006

Roodpootvalk bejubeld door Boomleeuweriken én trektellers

Een schitterende ochtendlucht dient zich aan, langzaam doorkleurend naar rood. De windzak hangt angstvallig stil, enigzins door een zeer zachte zuidelijke wind gericht. Een heerlijke weertje om te zingen en te mijmeren. Wat ik ook doe tijdens het uitpakken van m'n fietstassen om kwart voor zeven op de telpost. De Boomleeuwerikken genieten ook en staan op dit vroege tijdstip ook al zingend boven de startbanen. Als dolle tollen vlinderen ze in een soort Groenling-baltsvlucht door de lucht, de kolder in de kop. De nightshift van de Zanglijsters wordt blijkbaar overgenomen, de laatste nachttrekkers vallen al 'tiekend' vermoeid achter me in de dennen, een enkele vroegeling steigt op om zijn baantje te trekken naar het zuiden.
Er blaast nu geen enkel zuchtje wind door de windvaan, als een te hoge 'blikvanger' hangt de zak aan zijn paal. Geritsel op de hei. Zou ik eindelijk het lokale Damhert eens te zien krijgen? Bepaald geweiloos parkeert Marcel Bingley z'n fiets tegen een boompje. Vlak ervoor kreeg ik al een nachtelijke mail van hem. Verbaasd was ik dus niet over zijn aanwezigheid. Het mooie weer uitlokkend pakt hij in slechts een shirt met lange mouwen zijn spullen uit. We praten bij, ik had na een week werken op een festival in Amsterdam enige 'achterstand' opgebouwd, de één na de andere krent werd op de telpost opgerold. Jos van Oostveen komt het Maldens Vlak oplopen. Met 'we hebben je gemist afgelopen week' werden de fijne krenten er nog eens in gepureerd. Een Grote Gele Kwikstaart maakt zijn oversteek.
Na het verhaal over Bram Aarts de dag er voor (hij was een rondje gaan lopen en had een Grote Pieper opgestoten), besloot ik ook de kantjes er eens af te lopen en loop naar de grote vlakte tegenover de telpost. Als in de lijn der verwachting stoot ik rond acht uur óók een 'Duintsjielper' op. De vogel draait wat rondjes boven me en ik grijp naar m'n telefoon om de telpost te verwittigen. Een aantal keer achter elkaar probeer ik Marcel en Jos te bereiken. De lijn blijft zo stil als de windzak naast me. Dan maar ouderwets handen zwaaien, springen en seinen. Vier mensen staan echter al strak naar het westen te kijken...gelukkig, die is opgemerkt. Niet veel later ploft de vogel achter mij weer in op een klein stukje schraalland. Na de Aanbevolen Hoeveelheid Dagelijkse Duinpieper loop ik met een omweg terug naar de post, uitgebreid met Erik van Winden en Minne Feenstra.
'V'-tjes met grotere vogels worden om de zoveel tijd genoteerd als Aalscholver. De rauwe roep van de Blauwe Reiger doen vijf nekken verticaal omhoog buigen. Een zes vogelige V met een 'gebroken pootje' in de kop van de linie vliegt hoog over de post. De missing link vliegt tientallen meters verderop alleen, roepend om aandacht. Over de heide komt Sjak Gielen aangelopen om de groep te komen versterken, de Boom- en Graspiepers worden geturfd, groepjes Kneutjes, Vinken en Witte Kwikstaarten gaan er achter aan. De immer aanwezige Tjiftjaf wordt met gemak overstemt door zo'n acht fanatiek zingende Boomleeuwerikken, losse groepjes, totaal zo'n twaalf vogels, verplaatsen zich over het veld. Een aanstormende 'valk', ontdekt door Jos, wordt vervolgens een steltloper en zal later de tweede Zilverplevier ooit over de telpost blijken. Zeven Kruisbekken klippen in de verte naar het oosten, ze zijn schaars dit jaar.
Het kwartetje lokale spechten is weer binnen, evenals de twee paren Sperwers, de Havik en de Roodborsttapuiten. Zwarte Mezen en Tjiftjaffen fleuren zingend de bosranden op. Aan de westzijde ontdek ik een een lichtbruin puntje in de schrale heide van de startbaan. Roerloos zit een Tapuit om zich heen te kijken waar zij nu weer is beland. Een tweede duikt later aan de oostkant van dezelfde baan op. Iets meer landingsproblemen blijkbaar. Met korte rushjes worden insecten van de grond opgelopen en versnaperd. Ik heb me net lekker op de grond geïnstalleerd als ik ineens een Koekoek-achtig beest uit het noorden zie aanstormen over de oostkant vrij dicht langs de telpost. Als gestoken schiet ik overeind en meld de aansnellende vogel. Door onze kijkers zien we een langstaartige valk. Voorbij de zon geschoten zien we dat de valk egaal grijs is, Minne ontwaard zelfs een rossigrode broek. Kat in het bakkie: Een adult mannetje Roodpootvalk spoed naar het zuiden. Atholl Burrill juicht; een nieuwe soort! Een tractatie de volgende keer wordt in het vooruitzicht gesteld.
Zwaar nagenietend, het gaat lekker met deze soort over de telpost, zie ik vanuit bijna dezelfde hoek wéér een smalle valk naderen. Deze keer gaat de vogel áchter de bomen langs. Maar de korte staart wijst op een Boomvalk. Sluitende determinatie wordt gedaan als de pijl later weer tevoorschijn schiet. Nu wordt het wel heel spannend. Ik kan het niet laten om later dan ook rustig 'daar gaan we weer, zelfde hoek' te zeggen. Ook dit keer schiet de valk achter de bomen langs, maar nu om niet meer te verschijnen. Drie soorten valk in korte tijd; alleen de valk spec. laat een behoorlijk ongenoegen op me achter. Loslaten maar. Schaarse wolkjes Boerenzwaluwen verdwijnen de statistieken in, Boompiepers doen hun best, maar komen mondjesmaat door, daarachter weer gevolgd door een enkele Riet- of Geelgors. Een sporadische Heggenmus krikt het dagsoorttotaal een beetje op.
Één voor één druipen de tellers af, de al een tijd aanwezige John Peerenboom sluit de rijen. Ik blijf met Minne nog héél even: je weet maar nooit! De reden waarom je altijd maar weer langer blijft. Niet bevattend wat er nu precies gebeurd kijken Minne en ik een compact groepje van vijf vogels aan die recht op ons af vliegen. 'Tukkend' vliegen ze laag over ons heen: de eerste Kepen! Een 'Huh-nu-al-gevoel' komt over me heen, Minne is niet veel later al weer bezig met een roofvogel in de verte, die hij snel ontmaskerd als een Bruine Kiekendief. Ik kijk en zie ook een Bruine Kiekendief. Vrij snel blijken we ieder naar een andere te kijken. Terwijl de mijne snel achter de oostelijke horizon richting zuid verdwijnt, bekijken we de vogel van Minne. Het lijkt te gaan om een vrouwtje die langzaam cirkelend ook richting zuid verdwijnt.
We besluiten nog een keer naar de grote vlakte te lopen om te kijken of de Duinpieper er mogelijk nog zit, maar alleen de Tapuit rent nog rond. Om half twee is het mooi geweest. Onze laatste geweldige actie blijkt te worden ingezet als we besluiten óm het heideveldje richting uitgang te lopen. Op de hoek wordt m'n aandacht getrokken door een korte kreet, maar kan het niet direct afmaken. Voor me uit zie ik een kwikstaart-achtige vogel van me afvliegen. Voor de kantine draait de vogel naar rechts richting zuid en laat z'n lichtbruine kleur zien. Samen met het kwikstaartachtige uiterlijk blijft er maar heel weinig keuze over voor ons. Na enig discussie, de hele dag hebben er zeer actief Graspiepers en kwikstaarten rondgevlogen op het terrein, zou dit een tweede zijn?. Eigenlijk hadden we samen al de gedachte dat de eerste Duinpieper in die vijf uur tijd zeker nog wel een keer zijn opgevallen.
Deze vogel mag van mij als tweede Duinpieper het papier op.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten