zondag 14 februari 2010

Witkopeend! 'Kat-in-'t-bakkie', eend-zonder-wakkie..

Na het missen van de Witkopeend gisteren, zoals geschreven, voor vandaag met Geert Lamers de afspraak staan naar de Zevenhuizerplas te gaan, waar de eend gisteren in de namiddag werd herontdekt. Eerst moet hij 's ochtends in het veld iemand inwerken bij een BMP-telling voor SOVON, we kunnen daarom pas rond het middaguur afrijden. En dat betekent voor mij weer uitslapen. De wekker gaat dan ook nutteloos om acht uur af. In de soepele draai die ik maak zet ik 'm uit en dommel op m'n andere oor verder. En sta even later toch onder aan de trap van m'n hoogslaper. Want zoals gewoonlijk: eenmaal wakker, niet weer in slaap te krijgen. De snelfiltermaling pruttelt z'n sessie door het koffiefilter en na de douche rommel ik lekker om op m'n kamer. Het is notabene een Limburger, Ivo Meeuwissen, die 'al' om 8:56 via Dutch Bird Alerts weer melding maakt van de Witkopeend. Gerustgesteld, de gedachte 'dat gaat wel goed vandaag' slipt voorbij. Als ik vlak daarna lees dat een vissersbootje vlak langs kwam varen krijg ik toch zo m'n bedenkingen. Zo'n beest kán natuurlijk ook vliegen.

Vanachter m'n computer ontwaar ik dikke rondvliegende propjes in de achtertuin: Appelvinken! Eerst een, later vijf en allengs zit ik op zeventien. Ik hou me een beetje bezig met proberen ze te fotograferen vanachter het raam: het betere luie vogelen. Voor de zekerheid leg ik een kilootje gesneden appels in de tuin, je weet nooit! Kort probeer ik vanuit de tuin zelf foto's te maken, tuurlijk zijn ze op zo'n moment net weg. Dit levert wel mijn eerste Brandganzen voor de tuin op. Twee vliegen er mee in een groep Kolganzen. De Appelvinken laten zich heerlijk beluisteren, druk roepend en zingend. Als een Zwarte Kraai in hun zangboom neerploft gaat alles de lucht in: Appelvinken, Groenlingen en duiven. Een Zanglijster tiekt langs, ook een leuke wintersoort! Een skulkende Winterkoning in de hulst maakt het even spannend. Als een zangertje foerageert de vogel rond, waardoor ik ook een tijd denk een zangertje voor me te hebben. Maar uiteindelijk komt de aap, nee de koning van de winter, uit de mouw, nee hulst.

Om kwart voor een gaat de telefoon: Geert is onderweg. Ik bel Mark om te zeggen dat we zo kunnen gaan. Mark is er op tijd en pikt zo nog wat Appelvinken mee. Een half uur later rijden we voor de tweede keer naar het westen. Vanuit de auto lijkt het weer in ieder geval schappelijker dan gisteren. Hopelijk is de Witkopeend vandaag net zo vriendelijk. Vlak voor we bij de plas zijn kijk ik verbaasd naar een vrouwtje Krooneend, welke in een sloot langs de Eerste Tochtweg nabij De Hooge Veenen zwemt. Om kwart over twee draaien we de parkeerplaats bij een grote open plas op. Zonder wakken. In de verte staat een clubje twitchers op een rij. Aan de andere kant staat eveneens een streepje vogelaars. Ertussen dobberen diverse watervogels. Drie ervan, eenden, slapen vrij dicht bij elkaar: degeen met de opvallende oogstreep is het vrouwtje Witkopeend! De vogels er naast zijn Rosse Stekelstaarten, een vrij in Nederland rondhangende exoot. De Witkopeend is een van de zeldzame eenden, waarvan het mogelijk is dat er wilde exemplaren in Nederland belanden. In ieder geval is deze ongeringd. Het CDNA zal uiteindelijk beslissen of we deze mogen rekenen als 'wild'. Vermeldenswaardig is trouwens het feit, dat op 6 april 2007 op de plas Starrevaart, welke ik gisteren ook heb bezocht, een vrouwtje Witkopeend verbleef. En deze is geaccepteerd door het CDNA.

Het vrouwtje Witkopeend ligt voornamelijk met haar kop in de veren gedraaid te slapen. Zodat we haar kenmerkende dikke snavel niet kunnen bekijken. Wel is de iets andere kleur bruin en de koptekening goed waar te nemen. Het frappante stekelstaartje steekt parmantig omhoog, af en toe even stevig trillend. Van de kou, of om de grote aandacht vanaf de kant? Een Kokmeeuw komt net iets te dicht langsgevlogen en in een reflex schiet de kop uit de veren, gelukkig kijk ik en zie de snavel, waarna de eend onder water schiet. Snel is ze wel! Zodra ze weer boven is gaat de snavel direct terug de veren in. In de verte wordt een Slechtvalk bij een hoogspanningsmast opgemerkt, die ik mooi meepik. Hierna bekijk ik de rest van de plas. Opvallend is de afwezigheid van Brilduikers. aan de andere kant van de plas staan enkele Bergeenden en zwemmen er Tafel- en Kuifeenden, Meerkoeten, Knobbelzwanen en Smienten rond. En net als de vogels zelf komen af en toe vogelaars binnenvallen. En vertrekken ze weer. In de tussentijd laat de Witkopeend haar snavel ook af en toe mooi bekijken, zodat ik in ieder geval een mooi 'totaal'plaatje heb, en het niet alleen bij een suffende eend blijft.

Rond drie uur begint het licht te sneeuwen, al snel doorzettend naar een gordijn aan vlokjes. De temperatuur gaat evenzo net zo snel omlaag, waarop we besluiten genoeg gezien te hebben en verder te gaan kijken. In Voorhout werd gisteren en vanochtend een Pestvogel gezien. Geert heeft ook in gedachte de Kleine Burgemeester van Amsterdam te bezoeken. Dit blijkt een beetje met elkaar op de route te liggen, zodat we beide gaan proberen. In Voorhout parkeren we de auto aan de Lisdoddehof en lopen naar de Boterbloemstraat, waar de vogel regelmatig werd waargenomen. Zo kom je nog eens ergens! We vinden wel Groenlingen, Turkse Tortels, grote groepen Spreeuwen en solitaire of kleine groepjes Kramsvogels. Een hoop muziekkabaal trekt onze aandacht. Kijkend naar het eind van de straat zien we waar het vandaan komt: een praalwagen reutelt langzaam voorbij. Ook hier doen ze aan carnaval blijkbaar. Tussen de huizen door ontdek ik in de verte een aparte, wittige vogel tussen twee donkere andere in de top van een populier. Het blijkt een grotendeels leucistische Spreeuw, grappig! Ondanks de behoorlijke afstand, zeker 100 meter, weet Mark met z'n camera er een verbluffende foto van te maken. 18x optische zoom. Ik ben zelf op zoek naar een nieuwe camera, dit maakt mijn keuzeopties wel weer ingewikkelder, maar interessant. Dwalend door de straten komen we uiteindelijk zonder Pestvogel weer bij de auto. Als ik hoor dat de Kleine Burgemeester nieuw is voor Geert vraag ik ons af wat we hier dan nog doen. Waarschijnlijk wat te kort gezocht, maar een nieuwe soort is altijd leuk en gisteren ging het erg snel en fraai, dus waarom vandaag niet. Tomtom: op naar de Westlandgracht.

Daarom zijn vogels nou zo intrigerend: ze vliegen (dat willen we natuurlijk allemaal kunnen), ze zijn onvoorspelbaar (dat maakt het spannend) en ze kunnen overal opduiken (zoals in Amsterdam), zodat je deze hobby overal en bijna altijd kunt uitvoeren. Vergeet ik nog iets: ook de weersomstandigheden zijn een belangrijke factor. Zoals vorst. Lag de gracht gisteren grotendeels nog open, vandaag ligt tie gewoon bloedserieus bijna helemaal onder een laag ijs! Een Witkopeend-syndroom komt voorbij drijven. Nee he! Een wakje, slechts groot genoeg voor enkele Kokmeeuwen is nog open. En die Kokmeeuwen staan er ook. Maar geen Kleine Burgemeester.

We lopen een stuk de gracht af, naar de Heemstedestraat, waar een groter gedeelte nog open ligt. Hier staan wel een geringde Pontische Meeuw, een andere dus dan gisteren, maar wel een lokaal bekende, een Zilvermeeuw met klaarblijkelijk een blind oog, en Storm- en Kokmeeuwen. Maar ook hier geen burgemeester. Halsbandparkieten vliegen roepend over. 's Morgens blijkt de meeuw hier wel gezeten te hebben. Tsja, soms zit het tegen. Het begint te schemeren en voordat de kou helemaal bezit van ons kan nemen stappen we weer in de auto. Ietwat duf maken we een stop bij een tankstation, waarna we weer wakker verder rijden. Te wakker blijkt. Geheel in de sfeer van 'eenden' en 'missen' kwaken Geert en ik ons voorbij de afslag naar Nijmegen. Geert neemt de eerstvolgende afslag, zodat we binnendoor via Geldermalsen op huis aanrijden. Vogels of vogelaars, beiden komen soms op aparte plekken...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten